een autobiografie
Deze unieke autobiografie begint met Ervin Laszlo als wonderkind op de piano en zijn optredens met het symfonieorkest van Boedapest. Vervolgens vertelt hij over zijn familie en hoe zij de Tweede Wereldoorlog hebben overleefd en de bezetting door het Rode Leger hebben ervaren. Op 27-jarige leeftijd besluit hij tot een drastische wending in zijn leven en wordt hij wetenschapper, filosoof en uiteindelijk lid van het universiteitsbestuur van Yale en Princeton.